Keizer zonder kleren
Met
de keizer wordt in dit artikel in eerste instantie gedoeld op de zogeheten
‘natuurwetenschappen’. Deze keizer wordt door velen gezien als het summum van
wetenschappelijk vernuft, met Albert Einstein (1879 -
1955) als de personificatie ervan. Belangrijkste kenmerken van deze keizer is
de veronderstelling dat alles bestaat uit minuscule deeltjes, en dat het gedrag
van deze piepkleine partikeltjes beschreven kan worden door een mathematische
machine. Dit artikel toont aan dat het ‘geleerde’ kleed van deze zelfgekroonde
keizer niet één echte draad bevat. Deze zichzelf met wiskundige formules
omhullende wetenschap staat - plat gezegd - in zijn blote kont. Wie eenmaal de
keizer zonder kleren kan zien, die doorziet de naakte waarheid van eeuwenlange
wetenschappelijke dwaling.
De
fysica vertrekt vanuit vier fundamentele veronderstellingen, die alle vier
gebaseerd zijn op een bepaald hypothetisch deeltje. Deze vier theoretische
partikeltjes zijn gluonen, fotonen, bosonen en gravitonen. (Nu niet onmiddellijk gaan lachen,
alstublieft.) Na vele decennia van fundamenteel wetenschappelijk onderzoek is
het bestaan deze gefingeerde deeltjes nog steeds niet bewezen. En dat gaat ook
nooit gebeuren, want ze bestaan namelijk helemaal niet. Het enige wat deze
wetenschappelijke keizer de afgelopen eeuwen heeft gedaan is het geven van
(gekunstelde) beschrijvingen van
natuurlijk gedrag. Deze beschrijvingen zijn feitelijk niets anders dan
onnatuurlijke gedachtekronkels gebaseerd op fictieve deeltjes. Het is dus
letterlijk science fiction.
Wanneer
we beseffen dat deeltjes niet echt bestaan, dan kunnen we ook begrijpen waarom
de oude geschriften ons proberen te vertellen dat onze werkelijkheid schijn is,
of maya in het Sanskriet. De fysieke kenmerken
van onze beleefde werkelijkheid lijken echt, maar ze zijn het niet. Het enige
wat wel echt bestaat is energie. En een wetenschap die niet-bestaande deeltjes
nodig heeft om het gedrag of effect van energie te beschrijven, is dus een
non-wetenschap. Het is als een keizer zonder kleren.
Eigenlijk
kunnen we het de keizer ook niet kwalijk nemen dat hij poedelnaakt door de
straten paradeert. De naamgeving van fysica
heeft er voor gezorgd dat al het wetenschappelijk onderzoek zich heeft gericht
op de fysieke kenmerken van de
waargenomen werkelijkheid. En door deze inperking kijkt deze keizer al heel erg
lang door een beperkende koker naar de natuur. En ook het woord kwantum wijst
in diezelfde verkeerde richting, namelijk naar een kwantiteit (of hoeveelheid),
terwijl het om kwaliteiten gaat! De keizer heeft dus niet alleen geen kleren
aan. Op zijn hoofd draagt hij in plaats van een statige kroon twee enorme
oogkleppen die hem het zicht belemmeren op alles wat niet stoffelijk is.
In
de energetische essentie van alles draait het om de wisselingwerking van twee
soorten energieën. De ene soort noemen we elektriciteit, en de
andere magnetisme. De keizer kan ons alleen maar een science
fiction-beschrijving
geven van beide fenomenen. Deze wetenschappelijke naaktloper kan ons echter
geen inzichtelijke verklaring bieden
voor het ontstaan en de werking van beide energieverschijnselen. Verder dan
‘het is krom omdat het niet recht is’ komt deze potloodventer
al honderden jaren niet. Ook dit kunnen we deze stamelende keizer niet helemaal
zelf euvel duiden, want ontelbare hofdienaren blijven inmiddels
vele decennia lang met intellectueel geneuzel gedrochten van formules
produceren om daarmee de private parts van deze schaamteloze keizer te bedekken. Maar nu
is het genoeg geweest. “Hup, naar huis en doe ook even wat kleren aan!”
Zo,
nu de klerenloze keizer eindelijk is gestopt met paraderen kunnen we ons eens
echt gaan bezig houden met het bestuderen van de essentie van de natuur. We
zouden dit ‘natuurkunde’ kunnen noemen, maar dat is
verwarrend, omdat deze naamgeving voor velen synoniem is met fysica. Ik noem dit gewoon ‘wetenschap’. En deze wetenschap bestudeert de
elektromagnetische essentie van alles, want alles is in essentie een
elektromagnetisch verschijnsel, zoals ook de keizer en zijn volgelingen
beginnen door te krijgen. Laten we daarom maar beginnen met te begrijpen wat
magnetisme nu werkelijk is.
Alles
is energie. En energie staat nooit stil, want energie is immers geen deeltje,
maar een golfbeweging. Alles is dus altijd in beweging, oftewel
panta rhei, zoals
een paar duizend jaar geleden in het tegenwoordige Griekenland al werd
opgetekend. De energievorm die wij benoemd hebben als magnetisme ontstaat
doordat de energie in de ene helft van een geheel dat wij een magneet noemen
andersom draait dan de energie in de andere helft. Loodrecht gekeken op deze
beweging gaat dan de ene draai rechtsom, en de andere linksom. Hierbij gaat het
feitelijk om twee vortices die tegengesteld aan
elkaar via het tussenliggende nulpunt in elkaar overvloeien. Draait de ene vortex (rechtsom) naar het nulpunt toe, dan noemen we deze
helft de magnetische zuidpool. De andere helft is daarmee de magnetische
noordpool. En daarin draait de vortex (linksom)
vanuit het nulpunt naar buiten.
Beide
complementaire vortices zijn niet alleen in het
midden via het nulpunt met elkaar verbonden. Ook de beide uiteinden van de vortices staan met elkaar in
contact. Deze externe verbindingslussen kunnen we ons voorstellen als draden
van verschillende lengtes. Gezamenlijk vormen al deze
energiedraden een roterende torus, ook wel piar genaamd. In het Sanskriet
wordt dit roterende energiewiel een chakra genoemd. Iedere magneet bestaat dus uit rondgaande
energiedraden die al draaikolkend in en uit het nulpunt in het hart van de
zogenaamde magneet gaan.
De
science fiction van de
fysica kan niet verklaren waarom
beide complementaire polen elkaar aantrekken en waarom twee overeenkomstige
polen elkaar afstoten. Deze beperkende zienswijze kan dit alleen maar beschrijven. Via de verruimende
wetenschap van de draaikolkende energiedraden is dit echter volstrekt logisch.
Bij twee gelijke polen ‘duwen’ de energiedraden tegen elkaar in. En des te
dichter we beide polen bij elkaar proberen te brengen, des te sterker worden
deze tegengestelde duwbewegingen. We kunnen dit vergelijken met het tegen
willen houden van een waterspuitende fontein. Hoe dichter we gaan duwen
richting de spuitmond, op des te meer tegendruk stuiten we. In plaats van te
duwen kunnen we er ook met een andere waterspuit tegenin gaan spuiten. Dat
gebeurt er namelijk wanneer we twee gelijke polen tegen elkaar aan proberen te
duwen. En het omgekeerde gebeurt bij het samenvoegen van de complementaire
polen. Daarbij lopen de energiebanen in exact dezelfde richting,
en smelten ze dus precies samen. (Klik hier
voor het boekje
‘Inleiding in de Wetenschap’ waarin
dit verder wordt uitgelegd.)
Dit
alles laat zien dat niet alleen het begrip van een deeltje behoort tot het
beperkende begrip van de science fiction,
maar ook het fictieve begrip van een veld.
Er bestaan dus ook helemaal geen velden. Het enige wat werkelijk bestaat zijn
rondgaande energiedraden. En wanneer we ons dat volledig realiseren, dan
snappen we ook dat elektriciteit en magnetisme geen twee losstaande
verschijnselen zijn. Elektriciteit en magnetisme zijn twee kanten van dezelfde
medaille. Daar waar de magnetische draadlijnen de ene kant op duwen, daar duwen
gelijktijdig de elektrische draadlijnen de andere kant op. Dat is wat wordt
bedoeld met het symbool van yin en yang. Energie is altijd en overal in
beweging. Gaat de magnetische duw (yin)
naar links, dan gaat gelijktijdig een elektrische duw (yang) naar rechts. Waar meer licht komt, daar komt gelijktijdig
minder duisternis. Daarbij waarborgt de natuur altijd in alles de balans. Zo
komt na een periode van steeds meer licht altijd een periode van steeds meer
duisternis, en omgekeerd.
De
science fiction van de
beperkende wetenschap heeft ons denken in steeds meer duisternis gehuld. Nu is
dan eindelijk de bevrijdende periode aangebroken dat we met verruimende
wetenschap licht kunnen gaan brengen in onze manier van leven. De keizerlijke
kleren gemaakt van deeltjes en velden en versierd met wiskundige formules
bleken helemaal geen echte kleren te zijn. Zullen we nu samen van de
draaikolkende energiedraden sierlijke en bruikbare gewaden
gaan maken?
Dit
artikel roept de hoflakeien van de klerenloze keizer op om te stoppen met de
façade. Ik snap dat het enige moed vraagt om toe te geven dat deze science fiction een doodlopende
straat is en dat alles wat vanuit die fictie is bedacht inderdaad verzinsels
zijn en niets met werkelijke wetenschap te maken hebben. Maar tegelijkertijd
hebben we als samenleving helemaal niets meer te verliezen, want de gevestigde science fiction heeft ons immers
helemaal niets wezenlijks te bieden. Sterker nog, het zorgt ervoor dat onze
‘wereld’ steeds verder uit balans wordt gebracht. Mochten deze lakeien toch nog
te veel vast zitten in hun gefingeerde velden, dan lijkt het me goed dat al het
toekijkende publiek de blote keizer en zijn trouwe volgelingen voorzichtig
wijst op het ontbreken van enige vorm van kleding (op de oogkleppen na, dan).
De
bedoeling van dit artikel is allereerst te laten zien dat de keizer geen kleren
aan heeft. Vele wetenschappers zonder kokervisie hebben dit reeds
ingezien en zijn zelf allerlei prachtige gewaden gaan maken. Eén van deze
geniën was Edward Leedskalnin
(1887-1951). Inderdaad, deze Ed was een tijdgenoot van die meneer
waarvan zijn achternaam ons al duidelijk maakt dat hij zich tot het fysieke
heeft beperkt: Eén Steen (of Ein Stein
in het Duits). Deze Leedskalnin was in staat om via
het opwekken van specifieke magnetische frequenties de duwrichting van de
draaikolkende energiedraden in rotsblokken van koraal om te draaien, waardoor
deze door hem als luchtballon verplaatst konden worden. Hij heeft hiermee een
compleet attractiepark gebouw in Miami (behoorlijk
bestand tegen de zogenaamde tand des tijds), genaamd Coral
Castle (link). Hij voelde waarschijnlijk aan dat toen de tijd nog
niet rijp was voor zijn inzichten, want heeft al zijn verplaatsingen ‘s nachts
in het geheim gedaan. Dit is niet helemaal gelukt want bespiedende kinderen
hebben hem enorme rotsblokken moeiteloos door de lucht zien duwen (net zoals de
piramides zijn gebouwd). Dit geheim voor deze magnetische poolomdraaiing heeft
hij uiterst cryptisch vastgelegd. Bij de ontrafeling van dit geheim spelen
geometrie en (priem-) getallen een hoofdrol. En eigenlijk zien we dat keer op
keer wanneer we onze bezig houden met de verruimende wetenschap, want ook Viktor Stepanovich Grebennikov (1927 – 2001) ontdekte natuurlijke levitatie
aan de hand van de geometrie van honingraten. Deze zonderlinge rus vloog op een
zelfgemaakt skateboard zonder conventionele aandrijving met gigantische
snelheden door de lucht, en ook hier waren getuigen van.
De
lijst van grensverleggende wetenschappers is nog veel en veel langer. Op het
lijstje onder Ereplaats
op Pateo Platform worden nog meer namen
genoemd, zonder ook maar de illusie te hebben dat dit een volledige opsomming
zou kunnen zijn. Wie als wetenschapper mee wil spelen in het verder ontwikkelen
van een wetenschap zonder beperkende verzinsels als deeltjes en velden, die
raad ik aan de boeken te lezen die via Pateo Platform gratis online beschikbaar worden
gesteld. En wie mij daarover feedback wil geven, die wil ik met klem vragen om mij niet te bedelven met websites, artikelen,
boeken en filmpjes. Waar ik wel blij van wordt zijn korte uiteenzettingen in
klip en klare taal waarin de essentie in alle eenvoud wordt uitgelegd. Eén
blote keizer is voor mij wel genoeg.
Zeist,
29 november 2010
Johan
Oldenkamp
Naschrift: Ik weet het. Ik doe het
weer. Ik loop weer te schreeuwen dat Sinterklaas niet bestaat (link). Maar hoe dan wel?
Ook
geplaatst op:
o WantToKnow.nl (met reactiemogelijkheid)
o Argusoog.org
(met reactiemogelijkheid)
o UnityNet.nl
(bij Nieuws 30-11-2010)
Extra
naschrift:
Stel,
je ziet dat we met elkaar op een soort Titanic zitten
en je probeert vervolgens anderen duidelijk te maken dat er een onvermijdelijke
en allesverwoestende botsing aan zit te komen. Hoe bizar zou het dan zijn
wanneer jouw medereizigers jouw verhaal ongeloofwaardig vinden omdat je niet
precies kunt vertellen wat er aanwezig is in alle ruimtes van deze boot?
De
‘wetenschap’ waar zovelen
hun status aan hebben opgehangen is gebaseerd op drijfzand. In dit drijfzand
vinden we de fictieve deeltjes als gluonen, fotonen,
bosonen en gravitonen. Het materialistische drijfzand
is vermengd met reductionisme, determinisme en wordt gestut door kokervisie,
cirkelredeneringen en vooral een enorm kleed waar alle anomalieën snel onder
worden geschoven.
Er is maar één remedie, en dat is het helemaal
opnieuw vanaf de grond opbouwen van het huis dat ‘wetenschap’ heet. Natuurlijk kunnen we het de tweede keer wel sneller
bouwen, omdat we hopelijk veel hebben geleerd van de eerste keer (na Atlantis).
Het
afbreken van dit schijnhuis vindt nog niet iedereen noodzakelijk, laat staan
leuk. Het ziet er immers van een afstandje ook best wel
indrukwekkend uit, met al die formules en moeilijke woorden. Uit alle macht
proberen de status-ontleders de sloop te voorkomen,
bijvoorbeeld door de voorstanders van algehele herbouw
aan te vallen.
Ik
weet dat dit neppaleis geen goed fundament heeft. Iedereen die durft te kijken,
die ziet onmiskenbaar dat het een bouwval is. Ik ga niet in discussie met de querulanten die de aandacht proberen af te leiden van het
drijfzand, want dat heeft geen enkele zin. Daarvoor heb ik nu juist het boekje ‘Geloven in
Sinterklaas’ geschreven.
Wil
je meer weten over wat er allemaal mis is met het neppaleis van de
‘wetenschap’, klik dan hier voor het eerste deel van serie van Engelstalige YouTube-filmpjes, die ook gevonden kunnen worden op deze website.