Naar de Nederlandstalige introductiepagina van Pateo.nl
Naar het keuzemenu van Pateo.nl
Wisselen van taal op Pateo.nl

Zou jij slagen voor deze basisschooleindtoets uit 1895?

Eindtoets primair onderwijs

Hieronder staan 45 vragen en opdrachten, verdeeld over vijf onderwerpen, die tezamen de eindtoets vormden voor leerlingen uit de hoogste klas van de lagere school (tegenwoordig de basisschool genoemd). Het gaat hier om een vertaling van de eindtoets die in de stad Salina in de USA-staat Kansas als het eindexamen van het achtste leerjaar (vroeger klas 6, tegenwoordig groep 8) werd gebruikt in 1895. Deze vragen zijn waar nodig aangepast naar de situatie in de Lage Landen uit die tijd.

Durf jij deze uitdaging aan te gaan? Je hebt in totaal vijf uur de tijd om deze toets te maken. Ga er maar even goed voor zitten!




Grammatica (maximale tijd: 60 minuten)
  1. Geef de negen regels weer voor het gebruik van hoofdletters.
  2. Noem de woordsoorten en geef aan welke onveranderlijk zijn.
  3. Geef de definies van vers, stanza en paragraaf.
  4. Wat zijn de vervoegingen van een werkwoord? Geef de vervoegingen van: doen, liegen, liggen en rennen.
  5. Wat zijn naamvallen? Illustreer iedere naamval met een voorbeeld.
  6. Wat zijn leestekens? Benoem de regels voor de belangrijkste leestekens.
  7. Schrijf een opstel van ongeveer 150 woorden en laat daarin zien dat jij de praktische toepassing van de grammaticaregels begrijpt.

Rekenkunde (maximale tijd: 75 minuten)
  1. Benoem en definieer de fundamentele rekenregels.
  2. Een wagenbak is 2 voet diep, 10 voet lang en 3 voet breed. Hoeveel schepels tarwe zal het bevatten? (Hint: een schepel heeft een inhoud van 10 liter)
  3. Als een lading tarwe 3942 pond weegt, wat is het dan waard, uitgaande van 50 cent per schepel, na aftrek van 1050 pond voor tarra?
  4. District nr. 33 heeft een taxatie van ƒ 35.000. Wat is de noodzakelijke heffing om een school zeven maanden voort te zetten voor ƒ 50 per maand, en ƒ 104 voor incidentele kosten?
  5. Bereken de kosten van 6720 pond steenkool op ƒ 6,00 per ton.
  6. Bereken de rente van ƒ 512,60 voor 8 maanden en 18 dagen tegen 7 procent.
  7. Wat zijn de kosten van 40 planken van 30 cm breed en 5 meter lang voor ƒ 0,20 per duim?
  8. Geef de bankkorting aan bij ƒ 300 voor 90 dagen (zonder uitstel) van 10 procent.
  9. Wat kost een vierkant perceel boerderijfgrond van ƒ 15 per hectare waarvan de omtrek 640 roede is?
10. Schrijf het volgende uit: een bankcheque, een schuldbekentenis en een ontvangstbewijs.

Geschiedkunde (maximale tijd: 45 minuten)
  1. Wie was de laatste rechtsgeldige Prince d’Orange, die stierf op 3 augustus 1530?
  2. Wie werd op 13 mei 1619 volkomen onschuldig onthoofd en wie was de staatsgreeppleger die hiervoor verantwoordelijk was?
  3. Wie probeerde via de aanslag op Amsterdam op 30 juli 1650 een staatsgreep te plegen?
  4. Wie gaf in het geheim de opdracht voor de lafhartige moord op de gebroeders De Witt, zoals deze werd uitgevoerd te ‘s-Gravenhage op zaterdag 20 augustus 1672?
  5. Wie pleegde op donderdag 20 september 1787 een staatsgreep te ’s-Gravenhage?
  6. Wie vermoorde op 17 maart 1849 zijn eigen vader in Apeldoorn en liet daarna snel het lijk verplaatsen naar Tilburg?
  7. Welke bijeengeraapte roversfamilie is van Duitsen bloed en heeft den Koning van Hispanje altijd geëerd?
  8. Het familielied “Wilhelmus” (wat nadrukkelijk niet het lied van het volk is) zou omstreeks 1570 zijn geschreven, dus tijdens de 80-jarige Oorlog. Leg uit waarom dit volstrekt ongeloofwaardig is.

Schrijfkunde (maximale tijd: 75 minuten)
  1. Wat wordt bedoeld met het volgende: alfabet, fonetische spelling, etymologie, syllabificatie?
  2. Wat zijn elementaire klanken? Hoe zijn deze geclassificeerd?
  3. Wat zijn de volgende, en geef voorbeelden van elk: trigraaf, subvocalen, tweeklanken, tongklanken?
  4. Geef vier vervangers voor dakje-u.
  5. Geef twee regels voor het spellen van woorden eindigend op een stille ‘e’. Noem twee uitzonderingen voor elke regel.
  6. Geef twee manieren om stille letters in spelling te gebruiken. Illustreer elk.
  7. Definieer de volgende voorvoegsels en gebruik deze in combinatie met een woord: bi, dis, mis, pre, semi, post, non, inter, mono, super.
  8. Markeer diakritisch en verdeel het volgende in lettergrepen, en benoem het teken dat het geluid aangeeft: kaart, bal, genade, meneer, oneven, cel, opkomst, bloed, rit, laatste.
  9. Gebruik het volgende correct in zinnen: citeer, zetel, zicht, franje, rijzen, veinzen, ijdel, stralen, ader, volksverraad, soeverein.
10. Schrijf 10 woorden die vaak verkeerd worden uitgesproken en geef de uitspraak aan met diakritische tekens en syllabificatie.

Aardrijkskunde (maximale tijd: 60 minuten)
  1. Wat is het klimaat? Waar hangt het klimaat van af?
  2. Op welke manieren wordt het weer vanaf het einde van de 20e eeuw gemanipuleerd?
  3. Waarvoor dienen de rivieren? Welke functie heeft een oceaan?
  4. Benoem de vier hoogste heuvels in de Nederlanden.
  5. Benoem negen rivieren die minimaal 100 km lang door de Nederlanden stromen.
  6. Benoem en lokaliseer de belangrijkste handelscentra van de Lage Landen.
  7. Noem alle 50 staten van de USA en geef van elk de hoofdstad.
  8. Benoem de drie soevereine stadsstaten en geef aan door welk land worden ze omringd.
  9. Beschrijf het proces waarmee het water van de oceaan terugkeert naar de bronnen van rivieren.
10. Beschrijf de relatieve bewegingen van onze thuisplaneet en geef daarbij haar hellingshoek aan.




Is er een beter bewijs van het degenererende onderwijssysteem? Deze eindtoets toont onmiskenbaar aan dat de mensheid als geheel opzettelijk steeds dommer wordt gemaakt!

Deel deze schokkende waarheid graag zo breed en zo diep mogelijk. Of zou het voor de mensheid al te laat zijn om te beseffen wat er werkelijk gaande is?


 

Dit nieuwsbericht is op donderdagmiddag 1 oktober 2020 geschreven door allround onderzoeker Johan Oldenkamp. Het is ook beschikbaar in het Engels.

© Pateo.NL : Deze pagina is voor het laatst bijgewerkt op 2021/06/17.